Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo zal Mijn toorn te dien dage tegen hetzelve ontsteken, en Ik zal hen verlaten, en [22]Mijn aangezicht van hen verbergen, dat zij [23]ter spijze zijn, en vele [24]kwaden en benauwdheden zullen [25]het treffen; dat het te dien dage zal zeggen: Hebben mij deze kwaden niet [26]getroffen, omdat mijn God [27]in het midden van mij niet is? 22. Dat is, mijn zegen en hulp, waardoor Ik mijn genadige tegenwoordigheid placht te bewijzen, hunlieden onttrekken; en alzo in vs.18. 23. Hebreeuws, om te eten; dat is, van de vijanden als wilde dieren verscheurd en verslonden te worden. Vergelijk boven, hfdst.7 vs.16; Ezech.34:5,8,10, en Ezech.35:12. 24. Dat is, ongelukken, ellenden; en zo in het volgende. 25. Te weten, volk; gelijk boven en in het volgende. 26. Hebreeuws, gevonden; en zo in vs.21. 27. Gelijk boven, hfdst.1 vs.42.